Mythbusters: blind en toch wiskunde leren?

5 misvattingen over blind zijn en bètavakken

'Blind en bèta gaan niet goed samen.' Dat is een kreet die je vaak hoort, maar is dat ook waar? Hoe zit dat bijvoorbeeld met wiskunde? In dit artikel rekenen we af met vijf mythes rondom het volgen van het vak wiskunde als je blind bent.

Mythe 1 – Notatie is een probleem

De notatie in de (zwartschrift) boeken is inderdaad niet geschikt voor de brailleleesregel. In rekensommen en wiskunde worden symbolen gebruikt en niet alles wordt, zoals in braille, lineair genoteerd. Bijvoorbeeld: onder en boven de breukstreep, machtsverheffingen worden in superscript geschreven. De meeste landen kennen daarom een speciale braillecode voor wiskunde. Wij hebben de lineaire notatie voor wiskunde, die in 2009 is ingevoerd. Natuurlijk is lineaire wiskunde minder overzichtelijk ‘in brokjes verdeeld’ als in de zwartschrift notatie. Echter: you can train the brain! Het vereist – zoals alles – oefening, maar je kunt er prima mee werken, tot op de universiteit aan toe. Bovendien kunnen zienden en niet-zienden er onderling prima mee communiceren, zonder dat extra software nodig is.

Mythe 2 – Grafieken zijn ontoegankelijk

Dedicon maakt alle grafieken die je nodig hebt bij rekenen en wiskunde, zodat je de uitleg kunt begrijpen en om opdrachten te kunnen maken. Omdat grafieken een beperkte vormentaal hebben (bijvoorbeeld X-as, Y-as, oorsprong, waarden, lijnen), kunnen blinde lezers die al snel zonder verdere uitleg zelfstandig lezen.

Mythe 3 – Ruimtelijk inzicht ontbreekt

Dan zijn er nog de ruimtelijke figuren, zoals cilinders, kubussen, piramides en ingewikkelder figuren. Perspectieftekeningen zijn op de tast niet geschikt voor blinde leerlingen. De tekeningenbanden voor het leren lezen van driedimensionale onderwerpen, voor de ontwikkeling van ruimtelijk inzicht en wiskundige vaardigheden zijn te bestellen in onze webwinkel. Daarnaast bevat de wiskundekist van Bartiméus en Visio draadfiguren en andere 3D-materialen. Blinde leerlingen en studenten kunnen – na de nodige oefening uiteraard – 3D-objecten net zo goed ‘spatialiseren’ (zich een ruimtelijke voorstelling maken) als ziende leerlingen. Waarbij geldt, net als bij ziende leerlingen, dat de een hier meer aanleg voor heeft dan de ander.

ruimtelijke figuren zoals kubussen, cilinders

Mythe 4 – Zelf tekenen kan niet

Ook daarvoor bevat de wiskundekist hulpmiddelen. Een driehoek tekenen? Die kun je eenvoudig vouwen! Heel handig zijn speciale tekenborden met plastic folie op een rubbermat dat opbolt als je er met een pen overheen gaat. Voor 3D-voorwerpen gebruik je figuren die op verschillende manieren zijn doorgesneden en/of kun je in draadfiguren allerlei doorsnedes aangeven.

Meetkundige tekening

  • Tip 1: Je kunt bij Dedicon ook roosterpapier op zwelpapier bestellen. Dat leg je op zachtboard, dan prik je punaises met een hoge greep op hoekpunten en maak je de lijnen met elastiekjes. Of je tekent erop met Wikki Stix.
     
  • Tip 2: Bestel het grafiekenboek in de webwinkel van Dedicon Educatief. Je hoeft namelijk niet altijd te tekenen. Als je weet hoe een grafiek loopt, kun je soms volstaan met verwijzen naar het grafiekenboek en voor jouw variant een aantal coördinaten berekenen en benoemen. Er zijn ook meetkundeboeken met tweedimensionale voorbeelden (hoeken, driehoeken, enz.).
     

Mythe 5 – De grafische rekenmachine is noodzakelijk

Leerlingen met een visuele beperking werken met Allercalc of Microsoft Excel. Ook zijn er toegankelijke grafische rekenmachines. Die spreken Engels, maar dat is voor leerlingen die hiermee moeten werken doorgaans al gauw geen probleem meer.

Voor al deze uitdagingen is een adequate oplossing (te bedenken). De belangrijkste vraag is, of de leerling “een wiskundeknobbel heeft”. Zo ja, dan wordt hij of zij gelukkig van nadenken, oplossen van vraagstukken, logisch denken. En niet per sé van het lezen van lange lappen tekst. Wiskunde is dan zeker een waardevol vak om te volgen. Vooral de niet-grafische onderdelen van de wiskunde, zoals algebra, lenen zich goed om toegankelijk te leren. We zullen niet beweren, dat je niet af en toe creatief moet zijn, maar wel dat blind en wiskunde prima samen kunnen gaan.

Aanvullende tips:

Afbeelding
Klantenservice Dedicon

We helpen je graag verder!

Heb je een vraag over aangepaste wiskundeboeken? Onze klantenservice helpt je graag verder! T: 0486 486 486

Aanpassing in de wiskundenotatie nodig? Geef het ons door!

De wiskundenotatie uit 2009 is tot stand gekomen i.s.m. de toenmalige wiskundewerkgroep van Bartiméus en Visio. Regelmatig zijn daar ook aanvullingen op gekomen, onder meer met hulp van Dedicon-productmanager Davy Kager. Het is echter lastig om op voorhand de wiskundenotatie uit te breiden. Daarom, mocht er iets in de wiskundenotatie ontbreken, geef dat dan door aan onze klantenservice. Dan doen we er alles aan om dat aan te passen. Een blijvende oplossing die ook voor anderen toegankelijk is. 

Publicatiedatum: 20 december 2018 Laatste update: 1 year geleden